Numeri 26:65

SVWant de HEERE had van die gezegd, dat zij in de woestijn gewisselijk zouden sterven; en er was niemand van hen overgebleven, dan Kaleb, de zoon van Jefunne, en Jozua, de zoon van Nun.
WLCכִּֽי־אָמַ֤ר יְהוָה֙ לָהֶ֔ם מֹ֥ות יָמֻ֖תוּ בַּמִּדְבָּ֑ר וְלֹא־נֹותַ֤ר מֵהֶם֙ אִ֔ישׁ כִּ֚י אִם־כָּלֵ֣ב בֶּן־יְפֻנֶּ֔ה וִיהֹושֻׁ֖עַ בִּן־נֽוּן׃ ס
Trans.kî-ʾāmar yhwh lāhem mōwt yāmutû bammidbār wĕlōʾ-nōwtar mēhem ʾîš kî ʾim-kālēb ben-yĕpunne wîhōwšuaʿ bin-nûn s

Algemeen

Zie ook: Jefunne (persoon), Jozua, Kaleb, Nun (persoon), Woestijn
Numeri 14:28, Numeri 14:29, Numeri 14:34, Numeri 14:35, 1 Corinthiers 10:5, 1 Corinthiers 10:6

Aantekeningen

Want de HEERE had van die gezegd, dat zij in de woestijn gewisselijk zouden sterven; en er was niemand van hen overgebleven, dan Kaleb, de zoon van Jefunne, en Jozua, de zoon van Nun.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

כִּֽי־

-

אָמַ֤ר

had van die gezegd

יְהוָה֙

Want de HEERE

לָ

-

הֶ֔ם

-

מ֥וֹת

gewisselijk

יָמֻ֖תוּ

zouden sterven

בַּ

-

מִּדְבָּ֑ר

dat zij in de woestijn

וְ

-

לֹא־

-

נוֹתַ֤ר

van hen overgebleven

מֵ

-

הֶם֙

-

אִ֔ישׁ

en er was niemand

כִּ֚י

-

אִם־

-

כָּלֵ֣ב

dan Kaleb

בֶּן־

de zoon

יְפֻנֶּ֔ה

van Jefunne

וִ

-

יהוֹשֻׁ֖עַ

en Jozua

בִּן־

de zoon

נֽוּן

van Nun


Want de HEERE had van die gezegd, dat zij in de woestijn gewisselijk zouden sterven; en er was niemand van hen overgebleven, dan Kaleb, de zoon van Jefunne, en Jozua, de zoon van Nun.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!